Met een nieuwe trainingsmethode willen onderzoekers het aantal complicaties bij het aanleggen van infusen terugbrengen naar nul.
Jaarlijks worden er in de Verenigde Staten meer dan vijf miljoen centrale infusen aangelegd bij patiënten die langdurige toediening van geneesmiddelen nodig hebben, zoals degenen die kankerbehandelingen ondergaan. De gebruikelijke procedure kan in bijna een miljoen van die gevallen tot een hele reeks complicaties leiden. Er is dus genoeg reden om het aantal infecties, bloedstolsels en andere complicaties die gepaard gaan met het plaatsen van een centrale katheter te helpen verminderen.
Onderzoekers van Penn State University in University Park (zo'n 220 km oostelijk van Pittsburgh) ontwikkelden een online curriculum in combinatie met een praktische simulatietraining om artsen in opleiding meer praktijkervaring te bieden.
De onderzoekers die in 2022 werden ingezet beoordeelden onlangs hoe de training de prevalentie van complicaties van de centrale lijn beïnvloedde. Ze vergeleken de foutenpercentages van 2022-23 (toen de training volledig was geïmplementeerd) met twee voorgaande jaren (2016-17 en 2017-18) vóór de implementatie van de training. Ze ontdekten dat alle soorten complicaties – mechanische problemen, infecties en bloedstolsels – aanzienlijk lager waren nadat de training was gestart.
De onderzoekers hebben octrooien verkregen op de technologie die in dit onderzoek is gebruikt. Behalve voor het verbeteren van de training voor het plaatsen van centrale infusen past het team het raamwerk toe op andere veel voorkomende procedures met hoge complicaties. Hierbij valt te denken aan colonoscopieën (endoscopisch blindedarmonderzoek) en laparoscopische operaties (kijkoperaties in de buikholte).
De aanpak is gericht op het verminderen van vermijdbare fouten. Het onderzoek is het eerste significante klinische bewijs dat de kloof in het klinische onderwijs en de klinische praktijk is te dichten. Door er voor te zorgen dat artsen die een opleiding volgen, bedreven zijn in een vaardigheid zoals het plaatsen van centrale infusen, zijn de risico's voor mensenlevens te minimaliseren.
De traditionele training voor het plaatsen van een centraal infuus en andere routinematige chirurgische procedures begint met een student die toekijkt hoe een meer ervaren arts het proces voltooit. Vervolgens wordt van de student verwacht dat hij de procedure zelf uitvoert en ten slotte leert hij iemand anders de procedure uit te voeren.
Het probleem met die aanpak is dat er weinig controles in het proces plaatsvinden. Studenten worden alleen maar beter wordt door met patiënten te werken – die het risico lopen op complicaties. Dankzij de simulatieaanpak kan iemand de procedure honderden of duizenden keren proberen zonder iemand in gevaar te brengen.
De nieuwe aanpak is het resultaat van interdisciplinair werk tussen werktuigbouwkundigen en artsen. De onderzoekers maakten gebruik van online en op simulatie gebaseerde training voor het uitvoeren van gestandaardiseerde echogeleide centrale veneuze katheterisatie. Het gaat om een centraal infuus dat via een halsader in de bloedbaan wordt geplaatst.
Studenten volgen eerst een online training, inclusief pre- en posttests om de opgedane kennis te evalueren. Vervolgens passen ze hun vaardigheden toe in een laboratorium, waar ze oefenen met het plaatsen van de centraal infuus. Dit gebeurt op een nieuwe dynamische haptische robottrainer die verschillende omstandigheden en reacties kan simuleren. Studenten kunnen echografie gebruiken om de plaatsing op de robottrainer in beeld te brengen, net zoals ze dat bij een echt persoon zouden doen. De robottrainer geeft geautomatiseerde feedback.
De onderzoekers begonnen met 25 chirurge studenten van het Penn State Health Milton S. Hershey Medical Center. Ze breidden het vervolgens uit naar alle studenten van Hershey en werkten samen met het Cedars-Sinai Medical Center in Los Angeles om de training naar hun studenten te brengen. In totaal zijn tot nu toe ongeveer 700 artsen opgeleid, en met de huidige financiering kunnen de onderzoekers er ongeveer 200 per jaar trainen.
Het lijkt erop dat de simulatie artsen dichter bij de perfectie kan brengen, zonder risico voor het menselijk leven. De onderzoekers ontdekten dat het bereik van gerapporteerde foutenpercentages voor mechanische complicaties – zoals het doorprikken van een slagader of het verkeerd plaatsen van de katheter – na een aanvankelijke stijging daalde. Dezelfde trend was zichtbaar bij foutenpercentages, gerelateerd aan infecties. Voor bloedstolsels daalden de foutenpercentages eveneens.
De onderzoekers willen hun systeem verbeteren en uitbreiden naar andere ziekenhuizen. Ze verlagen de foutenpercentages al aanzienlijk, maar ze willen meer. "Wij willen nul fouten”.
De wetenschappelijke publicatie vindt u hier.
Foto: Penn State University