Hoe komen hulpverleners zo snel mogelijk te weten of zich in een ruimte slachtoffers of gevaarlijke stoffen bevinden? Met een robothond.
Stelt u zich een incident voor met gevaarlijke stoffen in een ruimte waarvan niet direct een plattegrond beschikbaar is. Het is mogelijk dat er in die ruimte slachtoffers zijn of dat de chemische installaties nog volop in bedrijf zijn. In noodsituaties zijn niet altijd plattegronden beschikbaar van een ruimte die moet worden geïnspecteerd.
Als die ruimte nog te gevaarlijk is om te betreden door mensen, wordt het opsporen en redden van slachtoffers lastiger en krijgen hulpverleners geen goed beeld van wat aan de hand is. Onderzoekers van TNO in Delft werken al jaren samen met Boston Dynamics en draagt hiermee bij aan het aanpakken van wereldwijde uitdagingen op het gebied van robotica.
TNO doet met veiligheidspartners veel onderzoek op het gebied van robotica en automatisering. Een van de toepassingen is het opsporen van mensen in noodsituaties, waarbij robots ingezet worden op plekken waar mensen niet kunnen komen. Samen met Boston Dynamics en Tohoku Enterprise ontwikkelde het instituut in Delft hardware- en softwaremodules.
Hiermee kan de Spot robothond van Boston Dynamics de ruimte in kaart brengen én relevante acties met de waargenomen objecten identificeren en uitvoeren. Het systeem kan bijvoorbeeld door hulpverleners worden gebruikt bij zoek- en reddingsoperaties en het ontmantelen van drugslabs.
De bijdrage van TNO komt voort uit verschillende projecten die zich richten op autonome systemen, en die samen met stakeholders zoals de politie uitgevoerd worden. Hierbij wordt robotica gecombineerd met kunstmatige intelligentie. Het doel is om robots meer autonomie te geven, zodat ze zelfstandig complexe taken kunnen uitvoeren. TNO wil met deze aanpak zo dicht mogelijk bij realistische scenario’s komen.
Foto: TNO