Koeien op een andere manier naar hun melkrobot lokken, kan een verantwoorde investering zijn. Maar niet altijd.
Op melkveebedrijven waar met een robot gemolken wordt, blijken de voederkosten per 100 liter melk gemiddeld ruim € 2,50 hoger te liggen dan op andere melkveebedrijven. Koeien naar de melkrobot lokken met versgemalen voederbieten in plaats van met aangekocht krachtvoer blijkt praktisch mogelijk, en in veel gevallen rendabel. Dat is het resultaat van experimenten in de operationele groep Lokrob van het Vlaamse Instituut voor Landbouw-, Visserij- & Voedingsonderzoek (ILVO) in Merelbeke bij Gent.
De operationele groep is een kortlopend lokaal consortium dat met steun van Europese middelen concrete oplossingen ontwikkelt voor een praktische uitdaging. In de groep is deelgenomen door ILVO als onderzoeksinstelling, twee melkveehouders die het idee aanbrachten, twee mechanische constructiebedrijven, een melkmachinefabrikant (Lely), en twee landbouwadviesbureaus. De technische uitdaging was om een extensie aan de melkrobot te bouwen die lokaal geteelde voederbieten bij de koe in de robot kon brengen.
Eind 2022 was de voederbiet-maalinstallatie in zijn definitieve versie operationeel op het melkveebedrijf van de participerende veehouders. De voederbieten worden automatisch aangevoerd en zo vers mogelijk versneden. De dosering gebeurt via een koppeling met de software van de melkrobot. De bieten worden ofwel verstrekt als één vaste hoeveelheid per robotbezoek ofwel als een ingestelde hoeveelheid per dag, verspreid over het verwachte aantal robotbezoeken.
Om verstoppingen in het systeem te detecteren is een sensor ingebouwd, die de veehouder laat weten dat hij even moet gaan kijken. De installatie is ook uitgerust met een camera om de opname en de achtergelaten voederresten te monitoren.
Op basis van enkele maanden voltijds bieten voederen in twee proeven, zijn er richtinggevende bevindingen. Het aantal melkbeurten - bij vrij koeverkeer – wordt hoger wanneer voederbieten in de melkrobot worden verstrekt. De totale melkproductie blijft volgens de eerste metingen evenwel op ongeveer hetzelfde peil. De verwachting was dat die wel wat zou stijgen.
Verder blijkt er weinig evolutie in het aantal koeien dat moet worden aangespoord om naar de robot te gaan. Eerder onderzoek toonde eerder een verlaging van de aantallen ophaalkoeien, als de robot verse bieten verstrekt. Ten derde bleek dat de tijd om de installatie op te volgen voor de boer iets langer is.
Er is ook een kosten/baten-analyse gemaakt. Qua uitgaven is voor de aanschaf van de installatie 32.000€ gerekend bij een afschrijfperiode van tienjaar. Daaraan zijn 4 % rente en 2,5% onderhoudskosten toegevoegd. Daar komen de kosten van de arbeid voor het vullen van de voorraadbak met bieten en het reinigen van de installatie nog bij. Qua opbrengst is enkel het positief voedersaldo gerekend: goedkope, zelfgeteelde bieten vervangen een bepaalde hoeveelheid duurder krachtvoer.
Met de prijzen geldend van mei 2023 blijkt de investering niet rendabel voor één robot, maar het wordt wel interessant voor twee of meer robots. Wanneer er een lichte stijging in de melkproductie zou optreden, zouden alle schaalgroottes een positief rendement opleveren.
Voederbieten zijn niet het hele jaar door beschikbaar, maar de operationele groep heeft nagedacht over een verbreding naar andere producten. Behalve naar voederbieten in koelingen wordt gekeken naar andere (veld)vruchten zoals aardappelen, appelen, peren, andere harde vruchten of naar bietenpulp in korrelvorm.
Foto: screenshot video ILVO